6-9-2023 Wees een huis van barmhartigheid voor elkaar

In zijn Algemene Audiëntie blikte de paus terug op zijn reis naar Mongolië.

Geliefde broeders en zusters, goedendag!

Maandag ben ik teruggekeerd uit Mongolië. Ik wil dankbaarheid uitspreken aan allen die mijn bezoek begeleid hebben met gebed en de dankbaarheid vernieuwen aan de Overheden die mij plechtig hebben ontvangen, in het bijzonder aan president Khürelsükh en ook aan ex-president Enkbayar die mij de officiële uitnodiging van dit bezoek heeft bezorgd. Ik denk met vreugde terug aan de plaatselijke Kerk en aan het Mongoolse volk: een edel en wijs volk dat mij veel hartelijkheid en meeleven heeft betoond. Vandaag zou ik jullie graag meenemen naar het hart van deze reis.

Verre reis

Men kan de vraag stellen: waarom maakt de paus zo’n verre reis naar een zo kleine kudde? Omdat het precies daar is, ver van de schijnwerpers, dat men de tekenen vindt van Gods aanwezigheid die niet naar de schijn kijkt, maar naar het hart zoals we gehoord hebben in het uittreksel uit de profeet Samuël (cfr 1 Sam 16,7). De Heer zoekt niet het centrum van het podium op maar het eenvoudige hart van wie het verlangt en ervan houdt zonder te verschijnen, zonder zich boven de anderen te willen verheffen. Ik heb de genade ervaren in Mongolië een nederige maar blije Kerk te ontmoeten die in het hart van God is.

Ik kan getuigen over hun vreugde om enkele dagen ook in het centrum van de Kerk te staan.

Die gemeenschap heeft een ontroerende geschiedenis. Ongeveer dertig jaar geleden is deze Kerk ontstaan door de apostolische ijver  – waarover we in deze tijd nadenken -van enkele missionarissen van verschillenden nationaliteiten. Zij kenden dat land niet. Ze hebben er de taal geleerd – niet makkelijk – en ook al kwamen zij uit verschillende landen, toch zijn ze erin geslaagd leven te geven aan een gemeenschap. Eén en waarlijk katholiek, dat wil zeggen “universeel”.

Dat is de betekenis van het woord “katholiek”, het betekent “universeel”.

Maar het gaat niet om een universaliteit die gelijk maakt. Het gaat daarentegen om een universaliteit die zich incultureert. Dat is de katholiciteit: een geïncarneerde universaliteit. “Geïncultureerd” waardoor zij de mensen goed beleeft en dient waarmee ze samenleeft. Zo leeft de Kerk: door met bescheidenheid te getuigen van Jezus’ liefde, met het leven eerder dan met woorden, gelukkig omwille van haar ware rijkdom: de dienst aan de Heer en aan de broeders.

Huis van barmhartigheid

Zo is die jonge Kerk geboren: in de “vouw” van de caritas, die het beste getuigenis is van het geloof. Bij de afronding van mijn bezoek heb ik de vreugde beleefd het caritatieve werk “Huis van de barmhartigheid” te mogen inzegenen en inhuldigen. Het was het eerste caritatieve werk in Mongolië en dat is ontstaan als uitdrukking van alle samenstellende delen van de plaatselijke Kerk werd gesticht. Een huis dat het visitekaartje is van deze christenen, en dat elke gemeenschap oproept een huis van barmhartigheid te zijn, dat wil zeggen een open ruimte, een onthalende ruimte waar het lijden van ieder zonder schaamte in contact kunnen komen met de barmhartigheid van God die opricht en geneest.

Dát is het getuigenis van de Mongoolse Kerk, met missionarissen uit verschillende landen die zich verenigd weten met het volk en die blij zijn het te kunnen dienen en de schoonheid te ontdekken die reeds aanwezig is. Want de missionarissen zijn er niet gegaan om proselitisme et bedrijven. Dat is niet evangelisch. Ze zijn er gegaan om te leven zoals het Mongoolse volk, de taal van de mensen te leren, de waarden van dat op te nemen en het Evangelie in Mongoolse stijl te verkondigen, met Mongoolse woorden. Ze zijn gegaan en hebben zich “geïncultureerd”. Ze hebben de Mongoolse cultuur aangenomen om daarin het Evangelie te verkondigen.

Dankbaar

Ik heb een weinig van die schoonheid kunnen ontdekken door de kennis van enkele mensen, door te luisteren naar hun verhalen, door hun religieuze zoektocht te waarderen. In die zin ben ik dankbaar voor de interreligieuze en oecumenische ontmoeting van vorige zondag. Mongolië heeft een grote boeddhistische traditie, met veel mensen die in stilte hun godsdienst beleven op een waarachtige en oprechte wijze doorheen altruïsme en strijd met eigen passie. Laten we denken aan de vele zaden van het goede, die in het verborgene de tuin van de wereld doen bloeien terwijl we gewoonlijk alleen horen praten over het lawaai van de vallends bomen! Mensen en ook wij houden van schandalen. “Maar kijk eens wat een barbaarsheid. Het is een gevallen boom die dat lawaai maakt!” – “Maar jij, zie jij niet het woud dat elke dag groeit?”, want de groei gebeurt in stilte.

Het is belangrijk het goede te onderkennen en te waarderen.

Vaak waarderen we daarentegen de anderen slechts in de mate waarin zij aan onze opvattingen beantwoorden. We moeten daarentegen dat goede zien. En daarom is het belangrijk, zoals het Mongoolse volk doet, de blik naar boven te richten, naar het licht van het goede. Slechts op die wijze, vanuit de erkenning van het goede, bouwt men een gemeenschappelijke toekomst; slechts door een ander te waarderen helpt men hem/haar te verbeteren.

Ik ben naar het hart van Azië geweest en dat heeft mij goed gedaan.

Het doet goed met dat  grote werelddeel in gesprek te gaan, er de boodschappen van te onderkennen, zijn wijsheid te leren zien, zijn wijze van naar de dingen te kijken op zijn wijze tijd en ruimte te omarmen. Het heeft mij goed gedaan het Mongoolse volk te ontmoeten dat wortels en tradities behoedt, de bejaarden eerbiedigt en in harmonie met de omgeving leeft: het is een volk dat de hemel onderzoekt en de adem van de schepping ervaart. Denkend aan de grenzeloze en stille uitgestrektheid van Mongolië laten we ons bewegen door de noodzaak de grenzen van onze blik te verruimen. Alsjeblieft: de grenzen verruimen, breed en hoog kijken, kijken en niet de gevangenen worden van de onbenulligheden. De grenzen van onze blik verruimen om beter het goede te zien dat in de anderen is en bij machte te zijn de eigen einders te verruimen en ook het eigen hart te verruimen om te verstaan, om iedere persoon en elke cultuur nabij te zijn.

Terug naar overzicht